Trouw aan Brabant
Ik houd van mijn Brabant
Brabants volkslied (waar de luchten wijder worden)
Mijn Brabant
Brabants volkslied (uit frisse kelen schalt het lied)
Ons Brabant bovenal
Brabants volkslied (tussen Maas en Scheldeboorden)
O Brabant

Were di
Hertog Jan

Een Brabants volkslied!?

Hoe vaak is me de vraag niet gesteld: 'Wat is nu eigenlijk het officiële volkslied van Noord-Brabant?' Het antwoord daarop is heel eenvoudig: Dat is er niet. Brabant heeft geen eigen volkslied. Het provinciaal bestuur heeft nooit een lied officieel tot volkslied 'verheven'. Er is blijkbaar geen behoefte aan geweest. Dat er geen volkslied is, is niet eens zo erg, denk ik dan; ik ben niet zo voor die volksliederen. Op een enkele uitzondering na roepen de meeste iets op van: 'Waar is het beter en wie is er beter!?' Ze hemelen de aard van zijn bevolking op of ze bezingen in gezwollen taal en eindeloze clichés de schoonheden en 'waarden' van de eigen streek. Soms zijn het ongezonde liederen en, gezongen in 'gemengde' gezelschappen, werken ze dikwijls groepsvorming in de hand en kunnen ze meer verstoren dan dat ze goed doen. Meestal adviseer ik dan ook, als men behoefte heeft aan een eigen volkslied, om het algemeen gekende, melodieuze, niet-chauvinistische lied van Harrie Beex en Floris v.d. Putt Toen den hertog Jan kwam varen hiervoor te gebruiken (b.v. de eerste, achtste en negende strofe). Het lied heeft nooit de pretentie gehad het Brabants volkslied te zijn, maar functioneerde vaak wel als zodanig. Zo werd het bij voorbeeld uit volle borst gezongen, toen Jan Naaijkens de Brabantse cultuurprijs kreeg uitgereikt. Onder de naam 'Uit het land van Hertog Jan' startte de K.R.O. in 1948 een reeks uitzendingen over Brabant. Toen ook klonk de tune 'Harba lorifa' door de Nederlandse huiskamers. Het lied heeft als volkslied dus een zekere traditie. Bovendien zijn in de persoon van Hertog Jan historie en cultuur van Brabant verenigd. Omdat het lied vrij algemeen gekend is, behoeft het geen intensieve, kostbare introductie zoals dat bij een eventueel nieuw te componeren lied wel het geval zou zijn.
De tekst van vooral de tweede en derde strofe daargelaten, zou het lied van August de Laat en Willem van Mook Waar de luchten wijder worden ook geen gekke keuze zijn. De melodie en het refrein hebben wel wat en het is net als het lied van Hertog Jan door menigeen gekend.
Op zich is het wel interessant om de 'Brabantse volksliederen' eens op een rijtje te zetten. Daarvoor doorzocht ik tientallen zangbundels en feestgidsen. Anders dan bij bv. het Limburgs volkslied of het Frysk folksliet bestond er bij de samenstellers van de bundels geen gelijkgezindheid in hun keuze van het Brabants volkslied, áls ze het al een hadden opgenomen. De Tilburgse studentenbundel Lustrum uit 1953 geeft het lied Were di! als Brabants volkslied. Ook het lied van G. Schellekens Ons Brabant bovenal komen we een enkele keer tegen (in De Leeuwerik uit omstreeks 1915 en in Wiede - wied, z.j.) en het lied van Willem van Mook en August de Laat Waar de luchten wijder worden (in Sol mi do, een liedbundeltje van de R.K. Kweekschool der fraters, z.j. en in Een alleen is maar verdrietig uit 1933). De jonge vreugd, een liederenbundel van katholieke arbeiders jongeren K.A.J. geeft weer het lied van Rob Gevers Brabant, ik zing van je groene gouwen enz. enz.
Oudere Brabanders gaven mij aan, dat de hiervoor genoemde liederen in school geleerd werden en het was afhankelijk van de onderwijzer en/of de bundel die hij ter beschikking had, welk Brabants volkslied men leerde. Ik zal hier deze Brabantse volksliederen de revue laten passeren. Dergelijke liederen over de Kempen gaf ik al eerder (zie hiervoor Kroniek van De Kempen, deel 1, blz. 117 en 132 en Kroniek van De Kempen, deel 4, blz. 163). De nieuwere liederen zoals 'Het leven is goed in het Brabantse land' en het lallerige 'Brabantse nachten' zullen we hier maar buiten beschouwing laten. Ze zijn wel bekend, maar het zijn eerder feestliederen, die men zingt in gezelschappen op bruiloften en partijen. Daar kunnen ze een uitstekende functie hebben als groepslied, maar ze lijken me minder geschikt om b.v. bij officiële gelegenheden als provinciaal volkslied dienst te doen.

Trouw aan Brabant
(gemaakt door priester L.v.H.)

1
In 't Zuiden van ons vaderland,
Daar ligt een plekje grond;
Waar godsdienst, vreugd en vrijheid heerscht,
Waar onze wieg eens stond,
Waar Meijerij en Baronie,
Met Langstraat en met Peel
En 't Land van Heusden samen vormt
Een onverdeeld geheel.
Dat is Noord-Brabant, onze streek,
Wij blijven haar steeds trouw.

2
Waar Maas en Dommel met de Aa
En Mark en Dintel vloeit;
Waar hei- en akkerland ons bindt,
Waar industrie sterk bloeit;
Waar energie en arbeidslust,
Den boer en burger siert.
Waar hechte trouw is, voor 't gezag
Dat Staat en Kerk bestiert.
Dat is Noord-Brabant, onze streek,
Wij blijven haar steeds trouw!

3
Wij wijken nooit voor vreemde macht
O Brabant! Onze trots.
Wij blijven vast aan u gehecht
Onwrikbaar als een rots.
Wij zweren trouw en staan steeds pal
En waken hand in hand,
Voor 't heil van ons geliefd gewest,
De roem van Nederland!
Heil U, Noord-Brabant, onze streek,
Wij blijven u steeds trouw!



Ik houd van mijn Brabant [Arch. nr. 1363-01]
(gecomponeerd door Adr. P. Hamers)



1
Ik houd van m'n Brabant, m'n Brabant
't is er goed volk, goed volk
in z'n dorpkens, z'n wei en z'n hei
met haar dennen in 't mos
rond de vennen in 't bos,
in z'n dorpkens, z'n wei en z'n hei
met haar dennen in 't mos
rond de vennen in 't bos,
't is er goed volk, goed volk. 2x

2
Ik houd van m'n Brabant, m'n Brabant
't is er goed volk, goed volk,
dat er nijvert zo blij en zo vrij
met z'n leutige lach
van het zuiverste slag,
dat er nijvert zo blij en zo vrij
met z'n leutige lach
van het zuiverste slag,
't is er goed volk, goed volk. 2x

3
Ik houd van m'n Brabant, m'n Brabant
't is er goed volk, goed volk,
in z'n eenvoud zo echt en oprecht
met die prachtige kracht
van ons Roomse geslacht
in z'n eenvoud zo echt en oprecht
met die prachtige kracht
van ons Roomse geslacht
't is er goed volk, goed volk. 2x



Brabants volkslied
[Arch. nr. L1367-01]



1
Waar de luchten wijder worden,
't waterland in bos vergaat
en de schone paarse heide
eenzaam stil te bloeien staat,
waar de dennen vrolijk jub'len,
't zonlicht fel door d'akkers slaat,
daar is mijn Brabant, lief vaderland. 2x

2
Waar een volk van stoere eenvoud,
trouw aan God en trouw aan 't land,
vreedzaam voor een schaam'le bete
wroet en werkt in 't schrale zand,
waarin plicht, vreugd bleef behouden,
lach en luim de kroon nog spant,
daar is mijn Brabant, lief vaderland. 2x

3
Waar naast ranke torenspitsen
zwarte schouwen, roetbelaân,
als twee tekenen van vrede
hoog in donk're luchten staan,
waar in soberheid en arbeid
alle standen samengaan,
daar is mijn Brabant, lief vaderland. 2x

Een van de bekendste volksliederen van Noord-Brabant is dit door August de Laat op tekst van Willem van Mook gecomponeerde lied. Net als in de andere 'volksliederen' worden ook hier weer de dennen, de hei, het bos en de akkers naast trouw en plichtsbetrachting, soberheid en arbeid bezongen. De Tilburgse humorist-conferencier August de Laat had een muziekhandel aan de Korvelscheweg in Tilburg. Hij trad in heel Nederland op. Bovendien maakte hij veel plaatopnamen. Daarnaast had hij nog een concert- en theaterbureau om o.a. particuliere feesten en verenigingsavonden te verzorgen. Hij adverteert op de achterzijde van zijn lieduitgaven nog als volgt:

Engageert dus voor Uwe uitvoeringen of feesten zoowel alleen als met Gezelschap, August de Laat, Humorist, Duo de Laat, Zang- en Karakter-Duettisten, André de Laat, Pianist, ofwel Trio de Laat. Zijn ook afzonderlijk te engageeren. Artisten in elk gewenscht genre, Strijkjes, Jazz-Band, enz.

Over zijn plaatopnamen zegt hij:

De nummers munten vooral uit duidelijkheid zoodat alles zonder dat daarbij een tekst noodig is, duidelijk wordt verstaan. Het repertoire is geschikt voor groot en klein, oud en jong en verschaft een blijvend genot...



Mijn Brabant [Arch. nr. L1364-01]
(gecomponeerd door Rob Gevers)



1
Brabant ik zing van je groene gouwen
Goudgeel kleurt zich de hei met de b
Heerlijk bloeien uw landouwen,
rijen zich langs bos en ven.
D'herder stouwt z'n blatende schaapk
langs de dreven ongerept
vlug naar kooi als 't klokje
in de avondstilte klept.

refrein

Dan moet ik zingen van mijn Brabant,
waar toch eens m'n wiegske stond,
van ons volk gehecht aan zeden,
dat bij strijd z'n mÚnneke stond.
Dan wil ik zingen van 't liefste
wat ik ooit bezat op aard,
van m'n goeie Brabants moeke,
trouwe ziel van huis en haard.

2
Brabant ik zal nooit de tijd vergeten,
dat ik als jungske 'n belleke trok,
schutje speulde, fijn gong repen,
schooide met de rommelpot.
Ik zal nooit m'n aard verzaken,
rijk aan humor, geestig raak.
vol van leut bij 't feesten'
thuis geleerd aan d'oude haard.

3
Brabants folklore zie ik weer bloeien.
Straks roept de guld z'n mannen weer saam.
trommels roeren, vendels zwaaien,
hand- en kruisboog treden aan.
Oh, blijf strijden, hoed mijn Brabant.
Dien 't trouw naar vad'ren aard.
handhaaf fier de rechten
van kerk, koningin en staat.



Brabants volkslied [Arch. nr. L3491-01]



1
Uit frisse kelen schalt het lied
Aan Brabants land en volk gewijd
Dat vrijheid won door eigen kracht
Na harde eeuwenlange strijd
Aan Brabant 't oude land
Heb ik m'n hart verpand
Zo blijf ik aan der vad'ren erf
Als kind getrouw totdat ik sterf.

2
In Brabant leeft het oude Kruis
Hecht vastgegroeid in volk en land,
Zoals de trouwe bruine hei
Zit diep geworteld in het zand;
Als Brabants heide bloeit
Is 't of ons harte gloeit.
Het Kruis geplant in zulke aard
Is d'offers van geslachten waard.

3
Naar dit m'n vroom eenvoudig land
Gaan altijd mijn gedachten heen;
Wat schoons het vreemde mij al biedt
Of waar ook richten zich m'n schrêen,
Van ver zend ik mijn groet
Geen land is mij zo zoet
Als Brabant met zijn eigen aard
Mijn Brabant, dierste plek op aard.

4
Vereent Oranje Noord en Zuid
In onverbreekbre broederband,
En zwaait Noord-Brabant blij de vlag
Van 't een ondeelbaar Nederland,
Aan Brabant 't oude land
Heb ik m'n hart verpand;
Zó blijf ik aan der vad'ren erf
Als kind getrouw totdat ik sterf!

Woorden en melodie van dit Brabants volkslied zijn van K.L. Henri v.d. Putt, broer van Floris v.d. Putt, de maker van het bekende Toen den hertog Jan kwam varen. Dat het lied bedoeld was als een echt Brabants volkslied bewijst de uitgave van een grammofoonplaat, waarop op de keerzijde het Limburgs volkslied stond. Daarnaast bestonden er uitgaven voor enkele stemmen, met afzonderlijke tekst, voor orkestpartijen enz.



Ons Brabant bovenal [Arch. nr. L1368-01]
(gecomponeerd door G. Schellekens)


1
Laat luid en blij onz' stemmen schallen
door stad en dorp en veld.
Een lied dat wijd in brede galmen
den lof van Brabant meldt:
Noord-brabant, zie uw trouwe zonen.
Zij jub'len overal
het lied van hulde en verknochtheid,
ons Brabant bovenal.

2
Gij kunt als menig land niet bogen
op meer of berg of dal,
maar toch Noord-brabant zijn uw gouwen
op aard ons 't liefst van al.
Laat ons uw steden en uw dorpen.
Verscholen tussen 't groen,
uw beekjes, veld en bos en heide,
niets kan ons meer voldoen.

3
Gij zijt het, waar 't geloof der vad'ren
trots storm onwrikbaar stond,
waar 't dierbaar vorstenhuis Oranje
steeds trouw en liefde vond.
Waar eenvoud, arbeid, plichtsbetrachting
als fiere lijfspreuk geldt.
Waar broederband het volk omstrengelt,
waar geen partijhaat knelt.

4
Waarheen ons 't lot ook moge voeren,
ons hart blijft voor u slaan.
Wat and're landen ons ook geven,
gij zijt en blijft vooraan.
Ons enig dierbaar, eigen Brabant,
wat ook gebeuren zal,
ons Brabant, waar wij leven, sterven,
ons Brabant bovenal.



Brabants volkslied [Arch. nr. L1365-01]



1
Tussen Maas- en Scheldeboorden
ligt ons dierbaar vaderland,
waarin orde, rust en vrede,
deugd en durf gaan hand in hand.

refrein

|: Brabant, Brabant, blijf uw kind'ren
't altijd dierbaar vaderland. :|

2
Baronie en Mijerije,
Maaskant, Peel en Kempenland,
Land van Heusden, Cuyk en Bergen,
heel ons heerlijk vaderland

3
Waar uit bos, moeras en heide
d'arme boer schiep wei en land.
Waar de simpele weefstoel klepte,
groeit en bloeit thans ieder stand.

4
Waar de torenspitsen wijzen
naar der vad'ren vaderland,
blijft het Brabants volk verenigd
in de oude broederband.

5
Wilhelmina van Oranje,
koningin van Nederland,
weet dat trouw voor god en koning
Brabants edel volk houdt stand.

Dit Brabants volkslied, waarvan de eerste regel dezelfde melodie heeft als Toen den hertog Jan kwam varen, is van de hand van C.J. Wintermans.



O Brabant [Arch. nr. L1366-01]



1
O Brabant! u heb ik lief.
Gij zijt mijn vaderland.
Uw heide is zo kleurenrijk,
uw masten zo geurenrijk.
de vreugde door uw beekjes stroomt,
de vrede bij uw vennen woont.

refrein

|: O Brabant, u heb ik lief.
Gij zijt mijn vaderland. :|

2
O Brabant! u heb ik lief.
Gij zijt mijn vaderland.
Uw dorpen liggen wijd en zijd
rond hoge torens neergevlijd.
Vol gloed en damp uw steden staan.
De arbeid komt er nooit gedaan.

3
O Brabant! u heb ik lief.
Gij zijt mijn vaderland.
Uw mensen vrijen blijgemoed,
zijn zo eenvoudig, trouwen goed.
Ze zijn elkaar zo welgezind.
In God de Heer die allen bindt.

Ook M.J.H. Kessels, naar ik meen een muziekuitgever te Tilburg, voelde zich geroepen een Brabants volkslied te componeren. Als een echte fanfarecomponist geeft hij de crescendo's, decrescendo's, forte's en fortissiomo's naast de vele accenten aan. Misschien is het lied ook wel gemaakt om met een muziekcorps uitgevoerd te worden; de toonsoort (Bes majeur) zou daar op kunnen wijzen.




Were di! [Arch. nr. L1369-01]



1
Oude glorie vecht een krans nog
ed'le Brabant u ter eer.
In de luchten hangt de geur nog
van uw grootheid van weleer.
|: Hier uw zonen, Brabant zie,
ed'le kerels were di. :|

2
Hier uw zonen wilden Brabant
dwingen met hun sterke hand,
maar wij gaan onz' eigen wegen
trouw aan God en vaderland.
|: Hier uw zonen, Brabant zie,
ed'le kerels were di. :|

3
Houd uw roem en houd uw ere,
houd uw vrijheid, houd uw moed.
Brabant, fier het hoofd omhoge
en vooruit met christengloed.
|: Hier uw zonen, Brabant zie,
felle kerels were di. :|

De maker(s) van dit lied zijn me niet bekend.



Van Hertog Jan [Arch. nr. L6063-01]



1
Toen den hertog Jan kwam varen,
te peerd parmant, al triomfant,
Na zeven honderd jaren,
hoe zong men t'allenkant;
Harba lorifa, zong den Hertog,
harba lori fa.
na zeven honderd jaren
in dit edel Brabants land.

2
Hij kwam van over 't water:
den Scheldevloed, aan wal te voet,
t'Antwerpen op de straten,
zilver veren op zijn hoed.
Harba ...
t'Antwerpen op de straten,
leren leerzen aan zijn voet

3
Och Turnhout, stedeke schone,
Zijn uw ruitjes groen, maar uw hertjes koen,
laat den Hertog binnen komen
in dit zomers vrolijk seizoen:
Harba ...
Laat den Hertog binnen komen,
hij heeft een peerd van doen.

4
Hij heeft een peerd gekregen,
een schoon wit peerd, een schimmelpeerd,
daar is hij op gestegen
dien ridder onverveerd:
Harba ...
Daar is hij op gestegen
en hij reed naar Valkensweerd.

5
In Valkensweerd daar zaten
al in de kast, de zilverkast,
de gulde-koning zijn platen:
die wierden aaneen gelast.
Harba ...
De gulde-koning zijn platen;
toen had hij een harnas.

6
Rooise boeren komt naar buiten:
met de grote trom, met de kleine trom,
trompetten en cornetten en de fluiten,
want den Hertog komt weerom.
Harba ...
Trompetten en cornetten en de fluiten,
In dit Brabants Hertogdom.

7
Wij reden allemaal samen
op Oirschot aan, door een kanidassenlaan,
en Jan riep: In Gods name,
hier heb ik meer gestaan.
Harba ...
En Jan riep in Gods name:
reikt mij mijn standaard aan.

8
De standaard was de gouwe:
die waaide dan, die draaide dan,
die droeg de leeuw mee klauwen:
wij zongen alleman:
Harba ...
Die droeg de leeuw mee klauwen,
ja de leeuw van Hertog Jan.

9
Hij is in Den Bosch gekomen,
al in de nacht, en niemand zag't,
en op de Sint Jan geklommen,
daar ging hij staan op wacht.
Harba ...
En op de Sint Jan geklommen,
daar staat hij dag en nacht.

Floris v.d. Putt componeerde dit lied op tekst van Harrie Beex. Beiden waren pastoor en actieve leden van Brabants Heem. Het lied werd, voor zover ik heb kunnen nagaan, voor het eerst gepubliceerd in 1947. De Stichting Brabantia Nostra nam het initiatief tot de uitgave bij gelegenheid van haar jaarlijks congres in de Abdij van Berne te Heeswijk.
Hertog Jan werd geboren in 1253 en was hertog van Brabant van 1267 tot 1294. Naast hertog was hij ook dichter. Er zijn 9 minnedichten van hem bekend. Uit één van zijn gedichten, een danslied, stamt de tekst 'Harba lori fa'.

Eens meienmorgens vroe
Was ic opgestaan;
In een scoen boemgaerdekijn
Soudic spelen gaen.
Daer vant ic drie joncfrouwen staen;
D'ene sanc voren, d'ander sanc na:
Harba lori fa.

Voor aanvullingen, aan- of opmerkingen info@volksliedarchief.nl
© Harrie Franken Liedarchief Weebosch-Bergeijk